Gemeente Laarne |
De brief
De ‘aanvraag tot onderzoek naar schijnerkenning’ wordt gedaan in een officiële brief van de gemeente Laarne aan de Procureur des Konings van 21 augustus 2020. Contactpersoon is T.G (diensthoofd burgerlijke stand).Manipulatie van het dossier
De brief vangt aan met “Op 21 augustus 2020 werd er een aangifte erkenning opgemaakt voor Dhr. Leon Peeters. Dhr. Peeters wenst, buiten zijn huwelijk, een Ugandees kind (Peeters Beau Aijuka) te erkennen.”
Beau wordt bestempeld als “een Ugandees kind” terwijl mijn vraag om erkenning van Beau in België nog niet behandeld is.
“In het eerste gesprek met Dhr. Peeters werd in eerste instantie vooral uitgegaan van het vervullen van de vaderlijke plicht, waarbij er geen enkele intentie was om het kind naar België over te brengen.
(...)
Toen de mogelijke procedure tot het inwinnen van advies bij de Procureur des Konings aan bod kwam, sloeg de sfeer echter om. Door Dhr. Peeters werd sindsdien vooral de nadruk gelegd op de verwerving van de Belgische nationaliteit van dit kind ingevolge de erkenning en de betere kansen (vb. onderwijs) die dit met zich meebrengt.”
Ik begrijp gewoon niet hoe iemand zich zo kan uitsloven en in bochten wringen om gesprekken te fantaseren. Ik kan formeel zijn: ik heb enkel inlichtingen gevraagd over de formaliteiten in verband met de erkenning van mijn kind.
Na maart 2019 heb ik zelfs geen gesprek meer gehad met T.G. over het erkenningsdossier.
Het vermoeden van schijnerkenning
Naar de grond van de zaak. Volgende zaken werden opgemerkt en leiden tot een vermoeden van schijnerkenning, aldus de brief:
“-De erkenning impliceert dat het kind de Belgische nationaliteit zal verwerven en opent dus verblijfsrecht in België zonder andere voorwaarden.
-Het verwerven van de Belgische nationaliteit van het kind opent een mogelijkheid tot verblijfsrecht in België voor de Ugandese moeder, Mevr. Kiconco Marcey (gezinshereniging met een Belgisch kind)
-Dit recht zal quasi zeker door mevrouw Kiconco uitgeoefend worden indien het kind naar België zou komen, gezien de jonge leeftijd van het kind (geboortedatum 10 januari 2019).
-Het feit dat Dhr. Peeters vooral de nadruk legt op (belang hecht aan?) het verwerven van de Belgische nationaliteit van het kind i.p.v. de erkenning op zich.
-Het feit dat het, door de huidige onconstructieve houding van Dhr. Peeters, voor ons onmogelijk is om nog met de betrokkene in dialoog te treden.
-De ambtenaar van de Burgerlijke Stand (...) merkt wel op dat het erkenningsdossier opnieuw iemand van Ugandese afkomst betreft.”
Ik vraag om erkend te worden als de vader van mijn kind. Mag ik dat nog wel vragen? Komt het kind nog ergens aan bod in heel deze procedure?
Zoals de mevrouw van de Division in Kabale eenzijdig focuste op de blanke vader van Beau en Beau aanzag als “een Europeaan” (herlees post 7), is de ambtenaar van de Gemeente Laarne van in den beginne bijna obsessioneel bezig met de zwarte moeder van Beau.
*door mij afgekort
Het vermoeden van schijnerkenning
Naar de grond van de zaak. Volgende zaken werden opgemerkt en leiden tot een vermoeden van schijnerkenning, aldus de brief:
“-De erkenning impliceert dat het kind de Belgische nationaliteit zal verwerven en opent dus verblijfsrecht in België zonder andere voorwaarden.
-Het verwerven van de Belgische nationaliteit van het kind opent een mogelijkheid tot verblijfsrecht in België voor de Ugandese moeder, Mevr. Kiconco Marcey (gezinshereniging met een Belgisch kind)
-Dit recht zal quasi zeker door mevrouw Kiconco uitgeoefend worden indien het kind naar België zou komen, gezien de jonge leeftijd van het kind (geboortedatum 10 januari 2019).
-Het feit dat Dhr. Peeters vooral de nadruk legt op (belang hecht aan?) het verwerven van de Belgische nationaliteit van het kind i.p.v. de erkenning op zich.
-Het feit dat het, door de huidige onconstructieve houding van Dhr. Peeters, voor ons onmogelijk is om nog met de betrokkene in dialoog te treden.
-De ambtenaar van de Burgerlijke Stand (...) merkt wel op dat het erkenningsdossier opnieuw iemand van Ugandese afkomst betreft.”
Ik vraag om erkend te worden als de vader van mijn kind. Mag ik dat nog wel vragen? Komt het kind nog ergens aan bod in heel deze procedure?
Aan erkenning zijn een aantal voordelen verbonden. Logischerwijze leidt de erkenning van een kind b.v. tot het verwerven van de nationaliteit. Ze brengt het kind “where he/she belongs”: naar de gemeenschap waar zijn vader of moeder deel van uitmaakt (1).
T.G. haalt geen enkele reden aan die volgens de 'Wet frauduleuze erkenningen' op een frauduleuze erkenning zou kunnen wijzen (2).
T.G. heeft -zoals verder duidelijk zal worden- het dossier van in het begin heel ondeskundig aangepakt en mij onredelijke eisen opgelegd. Van een dialoog dat woord waardig is nooit sprake geweest (3). Het is dan ook niet fair mij van een onconstructieve houding te beschuldigen.
T.G. heeft -zoals verder duidelijk zal worden- het dossier van in het begin heel ondeskundig aangepakt en mij onredelijke eisen opgelegd. Van een dialoog dat woord waardig is nooit sprake geweest (3). Het is dan ook niet fair mij van een onconstructieve houding te beschuldigen.
Zoals de mevrouw van de Division in Kabale eenzijdig focuste op de blanke vader van Beau en Beau aanzag als “een Europeaan” (herlees post 7), is de ambtenaar van de Gemeente Laarne van in den beginne bijna obsessioneel bezig met de zwarte moeder van Beau.
Hij haalt er finaal zelfs mijn echtgenote bij, die destijds naar België is gekomen met een visum voor huwelijk, 16 maanden later haar eerste zoon heeft gekregen (die geboren is als Belg en later ook de Oegandese nationaliteit heeft gekregen, maar slechts nadat zijn moeder kon aantonen dat ze tot één van de 'indigeneous communities' van Oeganda behoorde), al maanden cursus Nederlands volgde vóór ze er voor 'opgeroepen' werd, met een opleiding rechten in Rwanda -door de Vlaamse Gemeenschap erkend als van niveau hoger onderwijs- is beginnen te werken als "poetsvrouw" in de Laarnse ouderenzorg en die, omdat ze moest ervaren dat het verzorgend personeel neerkijkt op het logistiek personeel, een opleiding verzorgende is gaan volgen terwijl ze werkte en die zich nu als verzorgende te pletter werkt tijdens de corona pandemie. Allemaal in één zin. Mag ik u zwartje noemen? vragen de bejaarden. Ja, wat zou het?
*door mij afgekort
(1) In Oeganda heeft men daar nog meer begrip van dan in België, omdat er ook belang gehecht wordt aan de 'clan' en de 'tribe'.